Denk aan wie onophoudelijk bezig zijn vanuit een diep gevoel van onzekerheid en eenzaamheid of vanuit de behoefte aan erkenning of persoonlijk gewin; zij zijn de slaaf van hun passies. Hun ‘activiteit’ is in feite ‘passiviteit’, want zij drijven niet zelf, maar worden gedreven. Zo iemand leidt niet, hij lijdt. Anderzijds, wie in stilte contempleert met slechts als doel zichzelf en zijn verbondenheid met al wat is te ervaren, wordt doorgaans bestempeld als ‘passief’ – hij ‘doet’ toch immers niets! Toch is juist deze geconcentreerde meditatie een hoge vorm van activiteit, een werkzaamheid van de ziel die slechts mogelijk is op basis van innerlijke vrijheid en onafhankelijkheid.
— uit: Erich Fromm, Liefhebben - een kunst, een kunde, 1962 |